TeamQ logo
Artikel | Teamontwikkeling

Van inzicht naar beweging met een TeamBelevingsonderzoek

Ons TeamBelevingsonderzoek is meer dan een rapport met cijfers. Als je het slim inzet, wordt het het startpunt van échte beweging. Dit artikel laat zien hoe je het proces zo vormgeeft dat alles op tafel komt en het team duurzame ontwikkelstappen zet.
Auteur: Thijs Rijnbergen

Hoe krijg je de onderstroom op tafel met een TeamBelevingsonderzoek?

Het begint al bij binnenkomst. De sfeer is vriendelijk, beleefd. Maar onder die laag voel je iets schuren. In de koffiehoek wordt vooral over werk gepraat, nergens hoor je écht gelach. In de sessie die volgt, beaamt iedereen netjes de voorstellen van anderen, maar er is weinig energie. En als ik de vraag stel wat dit team op dit moment nodig heeft, blijft het stil. Iemand zegt uiteindelijk: “We zouden beter moeten communiceren.” Maar niemand benoemt wat er dan misgaat.

Soms weet je als teamcoach zéker dat er iets speelt in een team, maar het komt simpelweg niet op tafel. Mensen draaien eromheen. Ze zeggen: “we moeten beter met elkaar praten”, maar zeggen niet waarover dan precies. En als je peilt in één-op-één-gesprekken, hoor je ineens van alles. Alleen… dat brengt jou als teamcoach weer in een spagaat: jij weet nu iets wat het team nog niet weet. Wat doe je daarmee?

Dit is een dilemma dat wij zelf in onze rol als teamcoach regelmatig tegenkomen. En dat was ook zo bij een team waar Thijs onlangs een TeamBelevingsonderzoek inzette. In dit artikel nemen we je mee in dat proces.

Eerst vertellen we je het verhaal van dat team. Daarna wetten we stap voor stap op een rij hoe je van een Teamrapportage naar echte beweging komt in een team.

Dit artikel is bedoeld voor teamcoaches, leidinggevenden en begeleiders die het gesprek in teams willen verdiepen en op zoek zijn naar een praktische, doordachte werkwijze om onderstromen bespreekbaar te maken en eigenaarschap te stimuleren.

Praktijkcasus: Hét dilemma van de teamcoach

Eén-op-één hoor je als teamcoach wél wat er speelt. Ze vertellen over onderhuidse spanningen, over het gevoel dat sommige collega’s domineren. Over vergaderingen waarin maar een paar mensen echt aan het woord komen. Over besluiten die niet nageleefd worden. Over stil verzet. Maar zodra ik vraag: “Zou je dat in de groep willen inbrengen?”, komt steevast het antwoord: “Nee, liever niet. Dat ligt te gevoelig.” of “Dat is niet aan mij…”

Dat vind ik altijd een lastige situatie als teamcoach. Je weet dat er iets speelt. Maar het wordt in het team niet uitgesproken. En als je probleem als teamcoach zélf op tafel legt, wordt het míjn probleem. Mijn oordeel. Mijn analyse. Terwijl je als teamcoach juist meervoudig partijdig wil zijn: Je wilt alle stemmen in het het team horen, niet namens één spreken.

Dat was het moment waarop ik besloot: we gaan het TeamBelevingsonderzoek inzetten.

Iedereen vult de vragenlijst in. Op elf thema’s die gaan over samenwerken en presteren. Het rapport wat eruit kwam, vind je hieronder.

TeamBelevingsonderzoek: De Teamrapportage

En daar zie ik het zwart-op-wit: grote verschillen in hoe mensen scoren. Bijvoorbeeld op de stelling: “In mijn team heerst een prettige sfeer.” De één geeft een 8 (mee eens), de ander een 2 (helemaal mee oneens). Of: “We houden ons aan gemaakte afspraken.” Groene én rode scores, door elkaar. Dát is de ingang. Niet om cijfers te analyseren, maar om het verhaal te gaan vangen.

We plannen een sessie. Geen presentatie, geen grafieken, geen rode cirkels om lage scores.

Wat ik wél doe: ik nodig het team uit om zelf het verhaal van het team te vertellen. In kleine, gemengde groepjes. “Wat lezen jullie in dit rapport? Wat is het verhaal van jullie team over hoe jullie met elkaar samenwerken en resultaten behalen?”

 

En dan gebeurt het. Eén groep vertelt over hoe besluiten vaak niet helder worden vastgelegd. Een ander noemt de frustratie dat input van stille collega’s verloren gaat. Een derde groep benoemt dat feedback geven spannend voelt. De verhalen zijn soms voorzichtig, soms raak. Maar ze komen uit het team zélf.

Dan stel ik de vraag: “Wat heeft je geraakt?” Mensen nemen vijf minuten voor zichzelf. Daarna ontstaat een ronde waarin collega’s niet praten óver elkaar, maar iets van zichzelf laten zien. Iemand zegt: “Wat me raakte was dat ik me realiseer dat ik zelf ook vaak stil val als ik me niet gehoord voel.” Een ander: “Ik wist niet dat sommigen zich zo alleen voelen in het overleg.” Het wordt stiller. Eerlijker.

Van daaruit maken we de stap naar actie. Nieuwe groepjes. “Wat is, gezien alles wat we gehoord hebben, een belangrijke uitdaging voor dit team? En wat zou je kunnen doen om daarin een stap te zetten?”

Er ontstaan concrete ideeën. Over werkafspraken, incheckmomenten, het bewust ruimte geven aan iedereen. Kleine experimenten. Laagdrempelig, maar betekenisvol. En vooral: gedragen door het team zelf.

Dit was de eerste stap. Niet alle problemen zijn opgelost. Maar er is iets wezenlijks gebeurd: het team is begonnen met het vertellen van zijn eigen verhaal. En daarin zit de kracht van het TeamBelevingsonderzoek.

Toegevoegde waarde van een TeamBelevingsonderzoek

Als je met een team aan de slag wilt — zeker als er onderhuidse spanningen spelen — dan is het niet altijd makkelijk om een ingang te vinden. Wat zeg je? Waar begin je? Hoe voorkom je dat je als teamcoach of leidinggevende zelf het probleem op tafel legt? Precies dáár zit de waarde van het TeamBelevingsonderzoek. Niet als einddoel, maar als katalysator.

 

Twee redenen waarom dit werkt

1. Het geeft taal aan samenwerking

Teams zijn soms geneigd om over ‘gedoe’ of ‘onduidelijkheid’ te praten zonder precies te benoemen wat er dan wringt. Het TeamBelevingsonderzoek helpt mensen om daar wél woorden aan te geven. Denk aan thema’s als:

  • Vergaderen
    “Ons overleg heeft voldoende concrete resultaten”
  • Besluitvorming
    “In ons team worden afspraken nagekomen”
  • Rolonduidelijkheid
    “Het is voor mij helder wie waarvoor verantwoordelijk is”
  • Psychologische veiligheid
    “In ons team voel ik mij vrij om me uit te spreken”
  • Teamleiderschap
    “Ik voel mij gesteund door mijn teamleider”

Dat helpt enorm. Want hiermee hebben teamleden een taal om hun ervaringen te duiden. Niet meer: “het loopt gewoon niet lekker”, maar: “ik merk dat we beslissingen nemen zonder dat ik weet waar het vandaan komt.” Dat is krachtiger, concreter en constructiever.

 

2. Het laat zien waar de frustratie en de verdeeldheid zit

De rapportage geeft niet alleen gemiddelde scores, maar laat ook zien waar meningen uiteenlopen. Een team kan op papier gemiddeld een 5,6 scoren op ‘samen afspraken nakomen’, maar het werkelijke inzicht zit in de spreiding: sommige mensen geven een 8, anderen een 2. Dáár gebeurt het. Dáár zit de spanning. Niet in gemiddelden, maar in verschillen.

En dat is precies wat je nodig hebt als teamcoach: plekken waar wrijving voelbaar wordt. Niet om die wrijving weg te poetsen, maar om hem bespreekbaar te maken. Want in die spanning ligt de sleutel tot beweging.

Aan de slag met jouw team?

Wil je dat je team niet alleen praat over verbeteringen, maar ook écht actie onderneemt? Of je nu zelf aan de slag wilt gaan of kiest voor begeleiding van een expert, wij hebben een passend pakket voor jouw behoeften. Met onze verschillende opties begeleid je jouw team stap voor stap naar meer zelforganisatie, betere samenwerking en concrete resultaten.

3. Zo breng je de dialoog in het team op gang

Een veelgemaakte fout (!) bij het bespreken van een teamrapport is: de cijfers centraal stellen.

Dat zien we bij teamleiders, maar ook bij teamcoaches. Ze halen er de hoogste en laagste scores uit, zetten ze in een PowerPoint en presenteren de uitschieters.

Begrijpelijk — het voelt als een logische manier om ‘in gesprek te gaan’. Maar het werkt niet.

Waarom cijfers geen gesprek openen

Cijfers zeggen op zichzelf weinig. Zeker niet over samenwerking. Neem bijvoorbeeld deze uitspraken uit het rapport van het team dat ik begeleidde:

  • “In dit team heerst een prettige sfeer.”
    → Gemiddelde: 4,9
    → Enorme spreiding: sommigen geven een 8, anderen een 2

  • “Er wordt in mijn team efficiënt gewerkt.”
    → Score: 5,1, ook met duidelijke verschillen in beleving.

  • “We zijn open en eerlijk naar elkaar.”
    → Score: 4,7. Dat is niet alleen laag, maar vooral kwetsbaar — want het raakt aan vertrouwen.

Stel je voor dat jij als teamleider of coach dit presenteert: “Op openheid scoren jullie 4,7.” Wat gebeurt er dan? Ofwel: mensen gaan in de verdediging. Ofwel: ze trekken zich terug. In beide gevallen: het gesprek stokt. Daarom zeg ik altijd: de cijfers zijn niet het gesprek, maar een ingang voor het gesprek.

Zet teamleden aan het roer van teamontwikkeling!

Met het TeamQ TeamBelevingsonderzoek leg je de regie bij het team zelf. Niet de leidinggevende of coach vertelt wat er nodig is – het team wordt geholpen om te benoemen wat er speelt, wat hen helpt of belemmert, en welke beweging nodig is. 

 

Door samen het verhaal van het team eigen woorden en betekenis te geven, ontstaat eigenaarschap. Het team formuleert vervolgens zélf de vervolgstappen. Zo worden teamleden geen uitvoerders van een plan, maar ontwerpers van hun eigen ontwikkeling.

Click Here

Hoe je het wél aanpakt

Leg bij aanvang van de sessie uit wat het doel is van het TeamBelevingsonderzoek:

  • Het is geen oordeel, maar een momentopname.

  • Het geeft invalshoeken en taal om naar samenwerking te kijken.

  • Het laat verschillen in beleving zien — en juist die verschillen zijn waardevol.

Vervolgens geef je mensen het rapport (als ze dat nog niet hebben gelezen) en vraag je ze:

“Lees het rustig door en probeer te vatten: wat is het verhaal dat dit rapport vertelt over jullie team?”

Daarna verdeel je het team in kleine, gemengde subgroepjes van 3 tot 5 mensen. Subgroep-overstijgend. Want als je niets verandert aan de groepsdynamiek, verandert het gesprek ook niet.

De opdracht aan die groepjes:

“Vertel samen het verhaal van dit team. Wat valt jullie op in het rapport? Wat herkennen jullie? Wat raakt je? Wat zou dit team volgens jullie moeten bespreken of onderzoeken?”

Geen presentatie, geen oordeel, geen analyse — maar een gezamenlijke verkenning. Teams vertellen hiermee samen hun eigen verhaal. En in dat verhaal komen belevingen, frustraties, stil verzet en verlangens bovendrijven. Juist omdat het vanuit henzelf komt.

WERKVORM 1: Vertel samen het verhaal van het team

Doel

Deze werkvorm is bedoeld om het gesprek vanaf het begin op teamniveau te houden. Je voorkomt dat het rapport een lijstje met oordelen wordt, en je helpt het team om samen het grotere plaatje te gaan zien: wat is ons verhaal, op basis van wat we samen beleven?

Voorbereiding

  • Zorg voor kleine groepjes van 3 tot 5 mensen. Zorg dat dit goed gemengde groepen zijn: Geef random nummers (1, 2, 3) of zet mensen uit verschillende subgroepen doelbewust samen.
  • Geef eventueel ruimte om het teamrapport eerst individueel te lezen. Zo krijgt iedereen de kans om zijn of haar eigen indrukken te vormen.

De subgroepsgesprekken

  • Geef elk groepje 30 tot 40 minuten.
  • De opdracht:

    Neem de tijd om samen het verhaal van het team te verwoorden. Gebruik het teamrapport, maar ook je eigen ervaringen, observaties en onderbuikgevoel.

    Wat ervaar je in het samenwerken, wat gaat goed en waar schuurt het? Waar zouden jullie als team wat jullie betreft moeten verbeteren?

Plenaire uitwisseling

  • Vraag elk groepje om hun verhaal te delen met de rest van het team. Dat mag in woorden, beelden, bullets — wat bij hen past.
  • Laat anderen nog niet reageren. Luister.
  • Na elk verhaal is er ruimte voor de anderen om verhelderende vragen te stellen.

Gespreksregels zorgen voor veiligheid

Let op, zorg dat er in deze stap na een presentatie geen discussie ontstaat. Deze structuur is geen beperking, maar een voorwaarde voor veiligheid. Ze zorgt ervoor dat teamleden niet ‘de strijd aangaan’ met elkaar, maar zichzelf laten zien. Dat maakt ruimte voor openheid, nuance en respect.

Nadat alle groepjes hebben gepresenteerd, neem je gas terug. Dit is het moment waarop je als begeleider de ruimte creëert voor persoonlijke reflectie. Niet over ‘het team’, maar over jezelf in relatie tot wat je hebt gehoord.

WERKVORM 2: Delen wat geraakt heeft

Doel

De verbinding in het team herstellen na een spannend gesprek. 

Introduceer de gespreksregels:

“We doen zo een ronde waarin we allemaal iets delen over wat je geraakt heeft — in wat je zelf hebt uitgesproken of in wat je iemand anders hebt horen zeggen. Het mag klein of groot zijn, een emotie of een inzicht. Dit is geen discussie. Ook hier alleen luisteren naar elkaar. Iedereen krijgt de ruimte.”

Neem vijf minuten voor jezelf. Zet op een rij wat je hebt gehoord, wat je raakte, of wat voor jou het belangrijkste inzicht was. Dat kan iets zijn wat je zelf hebt uitgesproken, of juist iets wat iemand anders heeft gezegd.

Gespreksregels voor deze ronde:

  1. Iedereen deelt iets — kort of lang. Wat bij jou past.
  2. We reageren niet op elkaar, alleen luisteren.

 

Leiderschap voorop

Je kunt als teamcoach de teamleider inzetten om het gesprek te verdiepen. Vraag of hij of zij de ronde wil openen met iets persoonlijks: wat raakte jou, wat blijft je bij?

Door als eerste iets te delen, helpt de leider het team om open en kwetsbaar te zijn. Het zet de toon: kwetsbaarheid mag. Geen perfect verhaal, maar een eerlijk geluid helpt anderen om ook iets van zichzelf te laten zien.

Zo gebruik je leiderschap om veiligheid en diepgang te stimuleren.

Voorbeelden

Ik vond het heftig om te horen dat jij je soms alleen voelt in dit team.

Het raakte me dat jij vertelde dat je soms met tegenzin naar je werk komt.

Wat blijft hangen, is dat we zoveel langs elkaar heen werken. Alsof we wel samenwerken, maar elkaar niet echt zien.

Ik vond het spannend om hardop te zeggen dat ik me soms buitengesloten voel, maar het luchtte ook op.

Ik merkte dat ik het prettig vond om te delen dat ik het lastig vind als dingen vaak last minute veranderen. 

Waarom dit zo krachtig is?

Deze interventie is vaak een kantelpunt. In de verhalen die op tafel komen klinken altijd spanningen en polariteiten mee. In de vorige stap kunnen er uitspraken zijn gedaan die gevoelig lagen, die onverwacht binnenkwamen, of die zelfs als een aanval voelden. Misschien voelde je je aangesproken op een manier die ongemakkelijk was.

Juist daarom is deze ronde zo belangrijk. Door mensen de ruimte te geven om in eigen woorden te delen wat hen geraakt heeft, ontstaat opnieuw verbinding.

Deze ronde herstelt namelijk iets in het systeem. Door uit te spreken wat raakte, maak je het gesprek weer persoonlijk. Door te horen wat een ander heeft geraakt, krijg je zicht op de beleving van de ander. Iets wat eerst als verwijt of aanval klonk, krijgt zachtere randen. Je begrijpt beter waar het vandaan kwam. Soms hoor je dat iemand zich helemaal niet bewust was van de impact die het had.

En daardoor ontstaat er weer lucht, begrip en nieuwsgierigheid naar elkaar.

Als je deze stappen doorloopt, verandert er iets fundamenteels in het team. Mensen voelen zich gezien, gehoord en serieus genomen. De onderstroom – dat wat eerst nog stil bleef – is niet langer een vage ruis, maar bespreekbaar gemaakt op een manier die verbindt in plaats van verdeelt. Door samen het verhaal van het team te bouwen en ruimte te geven aan wat mensen raakt, ontstaat een nieuw soort energie: openheid, erkenning en eigenaarschap.

Teams die dit proces aangaan, merken vaak dat er meer vertrouwen ontstaat, dat mensen weer zin krijgen om samen te bouwen, en dat spanningen niet verdwijnen, maar wel hanteerbaar worden. Er komt beweging. En vanuit die beweging kun je samen nieuwe stappen zetten richting verbetering.

Van inzicht naar actie: kleine stappen, groot effect

Na de verdieping komt de vertaling naar de praktijk. Want mooie gesprekken zijn waardevol, maar pas als teams er iets mee gaan doen, verandert er echt iets. Daarom help je het team om één duidelijke uitdaging te kiezen, daar een hypothese bij te formuleren, en een klein experiment te ontwerpen. Geen groot veranderplan, maar gewoon: iets kleins uitproberen.

Zo ontstaat eigenaarschap. En teams leren gaandeweg dat ontwikkeling niet zit in grote trajecten, maar in het samen zetten van haalbare, concrete stappen. In het volgende deel lees je hoe je dat proces begeleidt: van het kiezen van een thema tot het uitproberen, evalueren en aanscherpen van een experiment.

WERKVORM 3: Van uitdaging naar experiment

Doel

Samen een concreet verbeterpunt kiezen en daar een klein experiment op bedenken. Zo zet het team zélf de volgende stap naar betere samenwerking – praktisch, haalbaar en vanuit eigen inzicht.

Maak nieuwe subgroepen.

Geef elke subgroep de volgende opdracht:

  1. Identificeer een uitdaging: Kies een thema (vergaderingen verbeteren, besluitvorming versnellen of de rolverdeling verduidelijken) en formuleer een concrete uitdaging. 
  2. Formuleer een hypothese: Bedenk met elkaar waarom de uitdaging in het team bestaat. Wat zou een reden kunnen zijn dat we als team met deze uitdaging worstelen?”
  3. Ontwerp een experiment: Probeer deze nieuwe aanpak gedurende één of twee weken uit zonder de hele structuur van het team te veranderen.
  4. Doorloop en evalueer het experiment: Bepaal met elkaar wanneer je het experiment in de praktijk gaat uitproberen. Heel concreet: wanneer voeren we het uit, hoe vaak, met wie? Tussentijds deel je kort wat het experiment in praktijk oplevert.
  5. Borgen: Plan een evaluatiemoment om ervaringen te delen en te bepalen wat je ervan gaat behouden.

Voorbeelden

Team HR – Afspraken nakomen

Uitdaging: We merken dat we regelmatig afspraken maken, maar dat er weinig van terechtkomt. We willen zorgen dat we doen wat we afspreken.

Hypothese: Misschien zijn onze afspraken te vaag of raken ze na het overleg uit beeld, waardoor er geen vervolg komt.

Experiment: We eindigen elke vergadering met een heldere actielijst: wie doet wat, en wanneer? Die actielijst sturen we na afloop rond.

Doorloop en evalueer: We proberen dit twee weken uit. Bij elk overleg checken we: zijn de acties van vorige keer opgepakt? Waar liep het wel of niet?

Borgen: Na twee weken evalueren we: helpt dit ons om afspraken beter na te komen? Wat houden we vast? Wat kunnen we verbeteren?

Salesteam – Omgaan met spanningen

Uitdaging: Er is onderlinge spanning tussen subgroepen, maar het blijft onbesproken. Dat remt onze samenwerking.

Hypothese: We denken dat dit komt doordat mensen vooral binnen hun eigen groepjes werken en weinig verbinding ervaren met anderen.

Experiment: We stellen tweetallen samen van mensen uit verschillende subgroepen. Elk duo werkt samen aan een klein project of klantcase.

Doorloop en evalueer : De komende drie weken werkt elk tweetal samen. In het weekoverleg deelt elk duo kort hoe de samenwerking verloopt.

Borgen: Na drie weken kijken we: heeft dit voor meer begrip of samenwerking gezorgd? Welke werkwijze willen we voortzetten?

Team Productie – Effectiever vergaderen

Uitdaging: Onze overleggen voelen vaak als tijdverspilling. We willen korter en doelgerichter overleggen.

Hypothese: We starten vaak zonder duidelijk doel en blijven te lang hangen in details. Dat kost tijd en energie.

Experiment: We starten elke vergadering met de vraag: wat willen we met dit overleg bereiken? En eindigen met een korte check: is dat gelukt?

Doorloop en evalueer: We proberen dit bij elk overleg in de komende vier weken. Aan het eind van elk overleg evalueren we kort of het doel helder was en of we het gehaald hebben.

Borgen: Na een maand bespreken we: is er verschil merkbaar in efficiëntie en resultaat? Wat houden we vast voor de toekomst?

 

Managementteam – Feedbackcultuur versterken

Uitdaging: We vinden het lastig om elkaar aan te spreken, ook als iets schuurt. We willen opener worden in onze samenwerking.

Hypothese: Waarschijnlijk vinden we het spannend en zijn we bang dat feedback verkeerd valt. Daardoor blijven we stil.

Experiment: We reserveren in elk MT-overleg 10 minuten voor ‘samenwerking evalueren’. Iedereen deelt 1 ding dat goed gaat en 1 ding dat schuurt – vanuit intentie om elkaar beter te begrijpen.

Doorloop en evalueer: We doen dit vier keer, verspreid over twee maanden. Na elk moment checken we kort: hoe voelde dit? Wat levert het op?

Borgen: Na twee maanden evalueren we uitgebreider: wat werkte wel, wat niet? Willen we dit vast agenderen of aanpassen?

Meer over kort-cyclisch ontwikkelen in teams

In ons artikel Hoe kleine stappen jouw team groots laten presteren lees je hoe kort-cyclisch werken niet alleen helpt om gerichte verbeteringen door te voeren, maar ook hoe je als team leert reflecteren, bijsturen en samen groeien in kleine, haalbare stappen. Het laat zien hoe deze manier van werken leidt tot eigenaarschap, betrokkenheid en blijvende ontwikkeling – zonder dat je het wiel hoeft uit te vinden.

TeamQ TeamBelevingsonderzoek

Wil je weten hoe jouw team ervoor staat op de 4 dimensies van effectieve teams? Ga dan direct aan de slag. Vul hier je naam en e-mailadres in en wij sturen je een link waarmee je ons TeamBelevingsonderzoek voor jezelf kan invullen. 

Check 
it out! 

Auteur: Thijs Rijnbergen, MSc

Auteur: Thijs Rijnbergen, MSc

Over de auteur

Thijs Rijnbergen is opgeleid als Organisatiepsycholoog. Hij is gespecialiseerd in het ontwikkelen van teams en organisaties. Hij begeleidt teams en leiders in het vinden van hun weg naar autonomie en eigenaarschap.

Thijs is samen met Jaco van der Schoor auteur van  Tools voor Teams

Hij combineert verschillende opleidingen waaronder Transactionele Analyse, Deep Democracy (Level 4), Systemisch werken, Holacracy Practitioner en Sociocratie 3.0 om aan te sluiten bij de structuur, cultuur en dynamiek van de organisaties die hij begeleidt.

Neem contact op met Thijs

Misschien vind je dit
ook interessant:

Samen met TeamQ

Samen in beweging komen?

Actuele thema's

Welk thema speelt er bij jullie?

Ontdek TeamQ

TeamQ bekijken?